BRANDEN ZUL JE

'Oligoli molioli'.

Er is maar één God en laat dat nou toevallig die van mij zijn.

De stem in de luidspreker neuriet het niet één keer, maar eindeloos. Hij begint zacht, met gemorrel aan de microfoon en wat gekraak, en zet dan een monotoon gemurmel in. Hij rijgt een rozenkrans van Oligoli molioli's. Zou hij de keren tellen? Hoeveel zijn het er? ...Oligoli molioli Oligoli molioli Oligoli molioli Oligoli molioli Oligoli molioli...

Het gedreun van de voorbidder wekt de lichte slapers in de buurt, maar het wekt ook iets in hemzelf. Aan het geluid valt niet af te lezen of hij echt een erectie krijgt, maar hij versnelt wel opvallend ritmisch. Hij zweept zichzelf op, en zijn gemurmel gaat over in een steeds luider en opgewondener staccato tot hij het bijna uitschreeuwt: Oli! Goli! Molioli! Oli!! Goli!! Molioli!!! OLI!! GOLI!! MOLI!!! OLI!!!

Het staccato klinkt als de trom waarop een derwisj danst, sneeds sneller, steeds wilder.

De luidspreker kan het niet meer bijbenen en begint te vervormen. Nog even en het hele gebedsgebouwtje rammelt uit elkaar.

Zoals de haan pas ophoudt als iemand een schoen naar zijn kop gooit, zo komt ook de voorbidder pas tot bedaren als iedereen in de wijde omtrek goed wakker is. De haan gaat tevreden een paar kippen neuken, en de derwisj neuriet tot besluit nog een beetje na. Melodieus, langgerekt en goed gestemd bezingt hij driemaal de grootheid van God.

Dan wordt het stil. De versterker gaat uit met een klik.

Van slapen komt niets meer.

Er is natuurlijk geen derwisj. De mystieke en wervelende, hallucinerende derwisj-dansen zijn allang verboden, net als wijn, sex, wetenschap, literatuur en kunst. Zij hebben plaats gemaakt voor wat mensen 'het ware geloof' zijn gaan noemen: een gedroogde versie van de oude praal van vroeger, de universiteiten en hun wereldberoemde bibliotheken. Een wereld van schoonheid, geschriften en diepe gedachten is verschrompeld tot een geitenkeutel van hel en verdoemenis, en een dik boek waarmee je een draai om je oren kunt krijgen als je iets onbehoorlijks zegt.

Daarom zegt nooit iemand iets over die luidspreker. Hoezo te hard? Heb je soms iets tegen ons geloof? Heb je iets tegen onze God? Wie ben jij eigenlijk?

Vreemdelingen zwijgen natuurlijk helemaal, omdat ze weten hoe kwetsbaar ze zijn. Voor je het weet richt de ochtendopwinding zich tegen jou.

Pas maar op: in de mensen hier schuilt een stille kracht die je beter niet wakker kunt schudden.

In een stad niet ver van hier hebben ze een man levend verbrand. Ze waren eigenlijk gekomen om samen te bidden, maar sloegen in plaats daarvan aan het moorden.

Waarmee het begon? Met bijna niks. Iemand riep: 'Hee!' en wees naar de man. Een ander riep: 'Dief!' De man schrok en ging ervandoor, maar hij werd gegrepen en tegen de grond geslagen. Het slaan hield niet meer op. Allemaal stonden ze in de rij om ook een klap of een trap te mogen uitdelen. Toen hij helemaal murw geslagen was bracht iemand benzine en goot die over hem heen, en ineens had iedereen benzine. Zij doordrenkten de man ermee. Ook aanstekers waren er genoeg, want iedereen rookt nog in dit kretekland.

Met vurige ogen en gloeiende wangen keken de mensen toe hoe de man kermde en draaide. Een enkeling draaide zich om, om het niet te hoeven zien. Het stonk naar verbrand vlees net als de hel zelf. Pas toen de man helemaal dood was bedaarde de opwinding. Nog driemaal werd de grootheid van God bezongen, en daarna liep iedereen naar huis.

Niemand had iets gezien. Er was niets gebeurd.

Het nieuws haalde desondanks de krant. Sociologen haastten zich om het weer weg te duiden. Zij wezen op het diepgewortelde wantrouwen van het volk tegen de politie dat mensen ertoe brengt eigen rechter te gaan spelen. Dus was het eigenlijk de politie z'n schuld.

Niemand vroeg hoe het kon zijn dat vrome mensen, die waren gekomen om te bidden, zo op slag konden veranderen in een blinde moordende meute. Want iedereen weet wat de gevolgen kunnen zijn als je de droge logica van het ware geloof wakkerschudt:

'Wat wil je hiermee zeggen? Wil je beweren dat er een verband is tussen onze godsdients, onze God en deze moord? Noem je onze God een moordenaar? Dat is godslastering! Hee! Lasteraar!'

Geen rechtbank zal je vrijspreken, geen politicus zal een vinger voor je uitsteken, niemand zal je helpen in dit land, want niemand wil een draai om de oren met het boek.

Dus hou nu je mond maar voordat je het nog erger maakt.